Cultuurverandering in de GGZ
Datum: 31-05-2007
Cultuurverandering in de GGZ
Ik noem het cultuurverandering, want het heeft wel iets te maken met “zo zijn onze manieren”. Toch spelen er allerlei zaken door elkaar heen die naast cultuur ook met bedrijfsvoering en professionaliteit te maken hebben. Hoe zal de moderne GGZ eruit zien? Welke veranderingen zijn er te gaan? Nu in 2007 lopen er bij verschillende instellingen projecten om de zorg te verbeteren dan wel dwang en drang te verminderen. De ideeën over hoe dit zou moeten, draaien om invloed en welzijn voor de patiënt.
Voorbeelden hiervan zijn:
1 Het werken met signaleringsplannen. Met een goed signaleringsplan wordt op tijd gesignaleerd, op basis van eerdere ervaringen met en van de patiënt of er bijgestuurd moet worden in de behandeling.
2 Een zinvolle dagbesteding. Het is voor iedereen goed om iets te doen te hebben. Een zinvol tijdverdrijf werkt helend. Over wat zinvol is kan je van gedachten verschillen, maar ledigheid is des duivels oorkussen.
3 Het gedwongen achter een gesloten deur verblijven in een separeer ruimte dient geen therapeutisch doel. Het is goed om dat vast te stellen. Je kunt ook een discussie voeren over waarom separeren wel nuttig zou kunnen zijn. De vigerende opvatting op dit moment in GGZ land, is dat separeren niet helpt om de kwaal te verminderen.
4 De professionaliteit van de verpleging is vooral het bevorderen van het welzijn van de cliënt.
De verpleegkundige brengt behandeldoelen en verblijf in de instelling met elkaar in overeenstemming. Multidisciplinaire samenwerking een goede communicatie en reflexie op eigen handelen zijn daarbij essentiële voorwaarden.
5 In het elektronisch patiënten dossier EPD is alle info over de patiënt aanwezig. Het blijkt nog lastig te zijn om goede doelen op te stellen die leiden tot resultaat voor de patiënt.
6 Emancipatie van de patiënt en zijn familie. Er is veel voor te zeggen om vooral de patiënt maar ook zijn sociale systeem te betrekken bij de behandeling. De behandeling is immers op een bepaald moment afgelopen. De patiënt en zijn naasten moeten het dan weer zelf doen.
Dit zijn zes invalshoeken die in hun uitwerking kunnen bijdragen aan goede zorg. Er zijn nog meer invalshoeken, zoals goede behuizing, management en bedrijfsvoering. De genoemde invalshoeken hebben allen te maken met de directe zorg aan de patiënt. Elk voorbeeld heeft in een hoge mate een attitude component. Ik wil ervoor pleiten al deze ideeën en veranderingen vooral te beschouwen vanuit een andere waarden oriëntatie ten aanzien van de persoon met een psychiatrisch ziektebeeld. Anders gezegd, we gaan anders denken over persoonlijke autonomie. Dit andere denken wordt ongetwijfeld ingegeven door de steeds verdergaande individualiseringstendens.
Tegelijkertijd speelt de toenemende marktwerking in de zorg een rol. De keuzevrijheid van de burger wordt groter. De patiënt zal langzamerhand veranderen in een zorgconsument. Velen vinden dit soort uitspraken nog een brug te ver. Op de bedrijfsvoering van de gezondheidszorg zullen deze ideeën de komende jaren echter een dominante invloed hebben.