Thema 4: Normaal of bijzonder, inclusie of apart
In de gehandicaptenzorg, de GGZ, de Jeugdzorg en de ouderenzorg is een soort slingerbeweging te zien tussen integratie van mensen met een ‘afwijking’ in de maatschappij enerzijds of speciale voorzieningen voor hen treffen anderzijds. In het onderwijs is dat ook met bijzonder onderwijs versus passend onderwijs. En daarvoor al met de rugzakjes. Vanaf de studiereizen naar de USA en Zweden begin 90er jaren leeft het idee dat mensen met een verstandelijke beperking niet in afzonderlijke woonvoorzieningen moeten wonen, maar op alle mogelijke manieren in de maatschappij moeten integreren. Dat heet inclusie. Maar het maakt mensen ook ongelukkig en heeft geleid tot de ‘Downie-industrie’. In de GGZ wilde men in de 90er jaren naar Italiaans voorbeeld alle psychiatrische ziekenhuizen opheffen. Nu hebben we de scheiding huisarts/POH GGZ, basis-GGZ en specialistische GGZ. Dit leverde ‘de verwarde mens’ op straat op. Oude mensen moesten vanaf 1964 vooral in een bejaardenoord gaan wonen, nu willen/moeten ze zo lang mogelijk thuis wonen. Verzorgingshuizen werden opgeheven. Blijft die ontwikkeling zo of komt er toch weer een speciaal aanbod voor mensen die het normale leven (wat dat ook mogen zijn) niet aankunnen?