Zorgmarkt werkt alleen als we de markt niet laten werken
Datum: 04-08-2015
Zorgmarkt werkt alleen als we de markt niet laten werken
Deze paradoxale uitspraak stond vanochtend in een artikel in het FD over de GGZ. Volgens iemand (Ton van Houten) uit de verzekeringswereld kan de markt in de GGZ alleen werken als er een goed risicovereveningssysteem is voor de zorgverzekeraars.
Hoezo? Kenmerk van een goed werkende markt is toch dat er ondernemers zijn, die risico nemen en elkaar beconcurreren, waardoor de klant het beste product voor de laagste prijs krijgt.
Als de risico’s van die ondernemers (de zorgverzekeraars) onderling verevend moeten worden of als de ondernemers alleen kunnen draaien met EU subsidie (Franse boeren), dan is er toch geen markt. Dan is er sprake van een veilig, door de overheid gereguleerd, speelveld en/of van een kartel van aanbieders, die met elkaar de geledingen gesloten houden en de problemen onderling oplossen. Voor de zorgverzekeraars zijn beide beschermingsconstructies van toepassing. Bovendien zijn ze zodanig onderdeel van het overheidsbeleid dat je de vraag kunt stellen of zorgverzekeraars geen publieke uitvoeringsorganisaties zouden moeten zijn. Zie mijn column in Lucide 01-2015.
Er is dus volgens mij helemaal geen marktwerking voor zorgverzekeraars, al mogen ze -in tegenstelling tot ziekenhuizen- wel winst maken en mogen hun bestuurders meer verdienen dan de minister volgens de WNT.
Bijzonder aan het artikel is dat noch de journalist noch de geïnterviewde de tegenstelling ‘de zorgmarkt GGZ werkt alleen als we de markt niet laten werken’ (door een risicovereveningssysteem) lijken te zien. Ze zijn niet de enigen. Ook de minister gelooft in marktwerking, maar vindt het vanzelfsprekend om telkens in die markt in te grijpen als de verwachte uitkomst van de werking van de markt haar niet bevalt.
Zo blijven we maar werken aan de beleidsfictie van ‘gereguleerde marktwerking’. Voor de GGZ moet die fictie in 2017 gerealiseerd zijn.