In gesprek over Sociaal Werk
In gesprek over Sociaal Werk
‘Zijn jullie wel eens in een buurthuis of wijkcentrum geweest?’ vroeg Lex Staal, directeur van Sociaal Werk Nederland, aan ons tijdens onze professionaliseringsdag. Uit de reacties bleek dat velen van ons zo’n plek in de buurt inderdaad wel eens hebben bezocht, maar eigenlijk alleen gerelateerd aan een werksituatie.
Afgelopen vrijdag was Lex Staal bij C3 te gast en nam hij ons mee in de wereld van sociaal werk vanuit zijn perspectief van de brancheorganisatie met ruim 400 welzijnsorganisaties als leden. Aanvankelijk zou de bijeenkomst fysiek plaatsvinden op een locatie waar sociaal werk voor ons zichtbaar en voelbaar zou zijn. Door Covid-19 was dat helaas niet mogelijk en besloten we elkaar digitaal te treffen.
De start van het gesprek over sociaal werk bracht ons bij de basisvraag wat sociaal werk en de functie van sociaal werk is. Lex legde de relatie met de Angelsaksische landen waar ze spreken over ‘social work’ dat is uitgewerkt in een eenduidig basisvoorziening voor alle bewoners. Uit Schots onderzoek blijkt dat een goed netwerk, een goede sociale infrastructuur in buurten de druk op huisartsen en op zorg vermindert. Op deze visie wil sociaal werk aansluiten, door ook in Nederland een basisvoorziening te organiseren voor alle bewoners in de gemeentelijke omgeving. ‘Wij zijn waar jij bent’: altijd beschikbaar in wijken en buurten om bij te dragen aan het welzijn van mensen, vooral in kwetsbare omgevingen. Hierbij kun je denken aan collectieve voorzieningen zoals ouderenwerk en jongerenwerk, of schuldhulpverlening en maatschappelijk werk als maatwerkvoorziening voor mensen of gezinnen die het (tijdelijk) lastig hebben. Soms is dit werk voor anderen zichtbaar, maar veelal ook niet. Vraag gestuurd en data-gedreven als belangrijke uitgangspunten.
In ons gesprek kwam het aanverwante begrip sociaal domein naar voren, dat veelvuldig wordt gebruikt in de gemeentelijke omgeving, waarin het ‘domein denken’ op de voorgrond staat. Het blijkt een ingewikkelde term omdat het veelal een (financieel) beheersmatig kant kent, waarin afbakening een centrale plek inneemt. Sociaal werk vraagt juist over grenzen heen kijken, horizontaal organiseren, in netwerken en in samenwerking om welzijnswerk uit te kunnen voeren.
De wens is het welzijnswerk te richten op preventie, vanuit het geloof dat op deze wijze de meeste toegevoegde waarde geleverd kan worden voor wijkbewoners en de zorgvraag te verminderen. Maar wat is preventie eigenlijk? ‘Dat is nog best een zoektocht en dat vraagt dat je aanwezig bent om dit begrip samen invulling te geven’, aldus Lex. Het gaat over gezond burgerschap waarin gekeken wordt naar de eigen kracht van mensen en wat je van mensen mag verwachten. Dit heeft direct ook een spanning in zich, aangezien we in Nederlands het best ingewikkeld vinden om iets te vinden van de leefstijl van mensen en elkaar daarop aan te spreken.
We kijken terug op een mooie en interessante ochtend, waarin we meer begrip hebben opgedaan van sociaal werk, waarin preventie en gezamenlijkheid essentiële kernelementen voor de ontwikkeling in het werkzijnswerk zijn. Dit vraagt een transformatie in ons denken, ons organisatie vermogen, en de wijze van financieren. En vertrouwen in elkaar.
Dat de sociaal werkers op de lijst van cruciale beroepen staan die door coronapandemie zijn geïdentificeerd, is evident. Ze zijn aanwezig en beschikbaar in buurten en wijken om de bewoners steun en hulp te bieden in deze gekke tijd.