C3 en het kleermakersvak: 25 jaar maatwerk

Datum: 10-11-2013

C3 en het kleermakersvak: 25 jaar maatwerk

Ons bedrijf C3 bestaat dit jaar 25 jaar. In de zomer van 1988 namen Karel Musch, Gerard van Vliet en ik het initiatief tot het oprichten van C3. In september van dat jaar stuurden we onze eerste brochure en onze eerste rekeningen uit. In een tijd, waarin veel adviesbureaus omvallen of failliet gaan, is dat wel reden voor een feestje. Vorige week donderdag hadden we dat feestje bij ons op kantoor. Naast de ontmoeting en de muziek, waren er een aantal inhoudelijke bijeenkomsten. Dat past bij ons. Over onze jubileumbijeenkomst kunt u meer lezen op onze companyblog.

We gaven op die dag ook onze autobiografie uit: ‘De autobiografie van C3, 25 jaar lessen als adviesbureau’. De genodigden kregen de autobiografie mee. Andere belangstellenden kunnen hem via onze website bestellen. Het eerste exemplaar heb ik uitgereikt aan onze eerste opdrachtgever Ad Huijsmans, toen bestuurder van het AZU.

Bij zo’n gelegenheid en het uitreiken van een boekje hoort ook een toespraak van de directeur. Ik heb lang na moeten denken wat ik zou zeggen. Ik vind verhalen of metaforen mooi. Zo kwam ik op de metafoor van het kleermakersvak. Die past wel bij C3.

Voor herenkleding zijn globaal drie mogelijkheden. Je kunt confectie kopen of een maatpak laten maken. Dat laatste kan op twee manieren. Je past een standaardpak en de kleermaker neemt aan de hand daarvan je maten op, die hij verwerkt in het maatpak, waarvan je zelf de stof, de kleur, de snit en de accessoires uitzoekt. Die manier is het ‘made to measure’ in het Engels en ‘su misura’ in het Italiaans. Het echt maatwerk is dat de kleermaker je de maat neemt en dan eerst op jouw toegesneden patronen maakt en als die goed zitten pas aan het pak begint. Voor liefhebbers is alleen dat echt maatwerk. ‘Bespoke’ in het Engels (Saville Row) en ‘Sartoriale’ in het Italiaans.

 

 

 

 

 

 

 

 

De vergelijking met C3 dringt zich op. Wij leveren geen confectie door standaard modellen en methodieken toe te passen in de organisaties van onze opdrachtgevers. Daar geloven we niet in en houden we niet van. Wij leveren liever maatwerk, bij voorkeur ‘Sartoriale’, maar in veel gevallen volstaat het toesnijden van een hoofdvorm op de specifieke situatie, ‘su misura’ dus. We zetten onze kennis en kunde en bestaande mogelijkheden en oplossingen in om een bruikbare en goed zittende oplossing voor onze klant te maken.

We zijn al 25 jaar een van de kleermakers van de zorg. We willen mooie dingen maken, die bij voorkeur lang meegaan. We kijken naar wat bij onze klant past en durven hem ook af te raden een dubbelbreasted pak te kiezen, als het niet bij zijn figuur past en het dus niet lekker zal zitten. Soms gaat de klant daardoor naar een andere kleermaker, dat is dan maar zo.

Hebben we weleens de kleren van de keizer uit het sprookje van Hans Andersen gemaakt? Niet vaak, maar een enkele keer wel, vrees ik. Ik weet zeker dat we nooit iemand in het pak hebben genaaid’. In die uitdrukking heeft naaien ook een heel andere betekenis.

Ambachtelijk werken kan alleen met oog voor detail en pas rusten als het pak perfect zit. Dat willen we, maar dat wordt ons niet altijd gegund. Soms denkt de opdrachtgever dat hij de afwerking wel zelf kan. Ook dat is jammer, maar maakt onze ambitie niet anders.

We houden ons vak niet voor onszelf. Bij voorkeur leren we mensen in organisaties om zelf naald en draad ter hand te nemen, zodat ze het kostuum kunnen aanpassen als groei of afslanking het verstellen van de broekband nodig maakt. Dat is commercieel niet zo slim, maar past bij onze waarden dat organisaties zich zelf moeten kunnen ontwikkelen en niet voortdurend van adviseurs afhankelijk moeten zijn. Grappig is dat een van onze vroegere opdrachtgevers net voor mijn speech vertelde dat de organisatiestructuur, die ik daar in 1993 hielp ontwikkelen, nog steeds staat en bruikbaar is, al zijn er nu wel een paar beperkte aanpassingen nodig.  Dat maakt de metafoor van het maatpak lekker concreet. Ook maatpakken zijn van zo hoge kwaliteit dat ze lang meegaan. Ze moeten dus niet met iedere mode meegaan, maar ook na langere tijd nog goed staan. Maar ze moeten wel af en toe een beetje worden aangepast omdat het postuur van de drager verandert. Meestal moet het kostuum dan worden uitgelegd, omdat de drager door het goede leven is gegroeid. Dat betekent ook dat iedere maatoplossing voldoende ruimte heeft om mee te bewegen met de veranderende behoefte van de gebruiker. Zo doen wij ons werk het liefste; maatwerk leveren dat lang meegaat en aangepast kan worden aan veranderende omstandigheden. Goed passende oplossingen, die niet gebaseerd zijn op de mode van vandaag maar op langdurig bewezen inzichten, met goede materialen en zodanig dat de gebruiker er zich goed in voelt.

Of onze maatpakken ook bij de enorme afslanking van zorgorganisaties passend te maken zijn, zullen we moeten zien. Ik denk het wel, al zullen de broekbanden en de schouders flink ingenomen moeten worden om te zorgen dat de organisatie niet in een veel te ruime jas en een te grote broek moet doorleven. Maatwerk leveren voor sterk afgeslankte cliënten is een van de uitdagingen van C3 voor de komende jaren.