In private handen
Datum: 24-07-2013
In private handen
De laatste weken is er veel publiciteit rond een aantal ziekenhuizen, die in moeilijkheden verkeren. Aandeelhouder en ex bestuurder Erbudak van het Slotervaartziekenhuis vecht haar vete met aandeelhouder Erven Schram voor de rechter uit. Medisch specialisten verwerven een 20% belang in het noodlijdende Lange Land Ziekenhuis. Het Maasstad ziekenhuis, het Van Weel Bethesda ziekenhuis en het Ikazia ziekenhuis nemen delen uit de failliete boedel van het Ruwaard van Putten ziekenhuis over.
In de berichtgeving over deze zaken kom ik een hardnekkige misvatting tegen. Van het Slotervaart wordt geschreven dat dit het eerste ziekenhuis ‘in private handen’ is en dat het in 2006 is ‘geprivatiseerd’. Bij Ruwaard van Putten wordt juist beweerd dat het niet in private handen is gekomen omdat niet een durfinvesteerder maar drie ziekenhuizen (een deel van) de aandelen verwierven. Bij Lange Land wordt toegejuicht dat specialisten het ziekenhuis ‘in handen’ krijgen.
Ik betreur het dat journalisten en politici kennelijk niet goed weten hoe de zorg in elkaar zit en misvatting op misvatting stapelen. In een vorige blog heb ik al geschreven over de misvatting rondom eigendom. In deze blog zal ik de misvatting over ‘private handen’ en ‘geprivatiseerd’ ontzenuwen.
Om met Slotervaart te beginnen: dat ziekenhuis is niet in 2006 maar in 1997 geprivatiseerd. Toen werd de gemeentelijke dienst omgezet in een privaatrechtelijke stichting. Dat is privatisering, een publiekrechtelijk orgaan wordt omgezet in een privaatrechtelijke rechtspersoon. In 2006 kregen twee investeerders de zeggenschap over de stichting omdat ze er geld in staken. Dat betekent dat ze het bestuur van de stichting mochten gaan voeren. Later is de stichting omgezet in een vennootschap waarin die twee investeerders aandelen hebben. Het Slotervaart ziekenhuis is dus al vanaf 1997 ‘in private handen’, namelijk eerst van de privaatrechtelijke stichting en later van de privaatrechtelijke vennootschap(pen).
Er zijn op dit moment nog maar zes publieke ziekenhuizen. Dat zijn de academische ziekenhuizen verbonden met de Rijksuniversiteiten (Groningen, Utrecht, Amsterdam, Leiden, Rotterdam, Maastricht). Zij zijn publiekrechtelijke organisaties, die verantwoording afleggen aan de overheid. Bij hen worden de leden van de raad van toezicht dan ook door de Minister van OCW benoemd. Het VUMC en het Radboud UMC zijn private instellingen, onderdeel van respectievelijk een vereniging en een stichting.
Er zijn dus 83 ziekenhuisorganisaties, twee UMC en 31 categorale ziekenhuizen privaat en maar 6 publiek (Cijfers NVZ 2011). Drie van die 83 hebben private aandeelhouders (Slotervaart, MCLelystad en Lange Land voor 20%) en van een ziekenhuis Ruwaard van Putten is een deel van de aandelen in bezit van drie andere private ziekenhuizen.
De term ‘in private handen’ is dus om twee redenen onzin:
1 Op zes na zijn alle ziekenhuizen privaat
2 Sommige ziekenhuizen zijn een besloten vennootschap, die aandelen heeft uitgegeven. Daarmee zijn de aandeelhouders geen eigenaar van het ziekenhuis maar van de aandelen.