Waarom ROM ggz wordt doodgeknuffeld

Datum: 31-08-2011

Waarom ROM ggz wordt doodgeknuffeld

De GGZ mag trots zijn. In het rapport ‘Sturen op gezondheidsdoelen’ van de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg van juni jl., wordt Routine Outcome Monitoring (ROM) in de GGZ als voorbeeld gesteld. Zo moet het in onze gezondheidszorg in de toekomst gaan: sturen op resultaten van de behandeling die cliënt en behandelaar afspreken en volgen. Concreet betekent ROM dat je als cliënt aan de start van de behandeling één of meer vragenlijsten invult en dat dit periodiek wordt herhaald. Aan de hand van de uitkomsten kan je met je behandelaar het verloop van je herstel bespreken en zo nodig de doelen bijstellen. Dit lijkt – vanuit cliënt en behandelaars perspectief – logisch maar de Raad voor de Volksgezondheidszorg constateert dat sturen op doelen en resultaat geen gemeengoed is.

 

 

 

 

 

 

De Raad constateert dat Nederland achterblijft in de stijging van de levensverwachting en dat er grote verschillen zijn in de kwaliteit van de geleverde zorg. Dé oplossing voor deze problemen is het sturen op gezondheidsdoelen. Die sturing moet volgens de Raad op microniveau (cliënt – behandelaar), mesoniveau (zorgverzekeraar/zorgkantoor en instelling) en op macroniveau (de lokale en nationale overheid).

ROM wordt het rapport onder het kopje ‘mesoniveau’ als een goed voorbeeld behandeld. Hoewel in het voorbeeld wordt aangegeven dat ROM zowel op micro, meso als macroniveau zijn werking heeft, voert de zorginkoop bij de Raad op mesoniveau de boventoon en wordt ROM primair gepositioneerd als instrument ten behoeve van die zorginkoop. Dat is de dood in pot voor ROM. De kans is groot dat ROM een meerkoppige draak wordt, als wordt veronachtzaamd waar ROM begint: bij de cliënt en diens behandelaar of begeleider.

De Raad constateert in het rapport dat er bij het sturen op gezondheidsdoelen draagvlak van zorgprofessionals nodig is. Maar het gaat niet om draagvlak van de zorgprofessional voor bijvoorbeeld ROM. Het gaat om de zorgprofessional als drager van ROM. Als zorgprofessionals niets in ROM zien en de uitkomsten niet gebruiken, wordt de zorginkoop op basis van ROM-uitkomsten ook niets. De uitkomsten hebben dan immers geen betekenis in het primaire proces en het meten wordt een doel op zich.

Ik ben bang dat ROM wordt ‘doodgeknuffeld’. ROM wordt beleidsmatig uitermate interessant gevonden. Dat kan ik me vanachter het bureau best voorstellen. Als ik echter in de dagelijkse zorgpraktijk kijk, dan heeft ROM ontwikkeltijd nodig om de zorgprofessionals de kans te geven om drager van ROM te zijn. En als dat een feit wordt, dan zijn de beleidsmakers en zorginkopers (weer) aan zet.

Laat een reactie achter