Engels als lingua franca
Datum: 07-12-2009
Engels als lingua franca
Communiceren in een vreemde taal. Het is de één meer gegeven dan de ander. Recent gaf ik een gastcollege over competenties van adviseurs aan master studenten van de Vrije Universiteit. Deze studenten komen uit alle delen van de wereld. Engels is hun lingua franca, hun gemeenschappelijke taal. Voor mij dus de opgave om twee maal drie kwartier in het engels op te treden.
Nu ben ik verre van een native speaker. Elk winterseizoen doe ik een cursus engels; dit jaar ‘Business English’. Ik moet het bijhouden, anders zakt het (te ver) weg. Een paar jaar geleden geneerde ik me nog voor mijn ‘steenkool engels’, nu niet meer. Op een gegeven moment merk je – ook als je de ‘native English norms’ niet altijd eigen bent – dat mensen je graag willen begrijpen en daar ook hun best voor doen. Een belangrijk hulpmiddel daarbij is je eigen enthousiasme.
Onderzoek van de Kathrin Kordon van de Universiteit van Wenen bevestigt, dat het niet nodig is om een native speaker te zijn. Ze heeft naar internationale adviesteams gekeken die engels als lingua franca gebruikten. En wat bleek? Er ontstond wederzijdse afstemming om het niveau van het engels aan te passen naar alle adviseurs. Als adviseurs elkaar niet begrepen vroegen ze direct om verheldering. Taalbarrières werden overbrugd door een coöperatieve opstelling naar elkaar toe. Positieve interpersoonlijke verhoudingen bleken belangrijker voor het resultaat dan het linguïstisch excelleren.
Tijdens zo’n gastcollege word ik vanzelf enthousiast door de lesstof, omdat het spreken over het adviesvak mij raakt. Maar de studenten hebben ook hun steentje bijgedragen: slimme vragen stellen, serieus op mijn vragen ingaan en gewoon lekker meedoen. Dan kan zo’n gastcollege – inclusief lingua franca – niet meer stuk!