De avonturen van Gover en Nance (16) De oudste governancode

Datum:15-07-2010

De avonturen van Gover en Nance (16) De oudste governancode

Ondanks de hitte zit Gover veel binnen te werken. Een vooraanstaande toezichthouder wil in september een congres houden. Daarbij willen ze een governance versie van de quiz ‘Twee voor twaalf’ laten spelen. Gover en Nance zijn gevraagd de vragen voor die quiz te maken. Met een masculien gebaar heeft Gover dat naar zich toe gehaald, hij zal die klus wel even klaren. Zijn zusje glimlachte slechts, want ze weet hoe ze daarmee om moet gaan.

Nu zit Gover al twee weken zwetend op de zolderkamer, terwijl Nance in de tuin een boek leest.
Af en toe doet ze Gover een ideetje aan de hand: ‘Zou een vraag over X niet leuk zijn?’. Gover mompelt dan iets of wijst het idee af, om dan een paar dagen later langs zijn neus weg te zeggen: ‘Ik denk dat een vraag over X wel een goed idee is? Nance knikt dan of zegt enthousiast het een goed idee te vinden. ‘Zo doen spindokters dat dus’ denkt ze dan, ‘laat hem maar denken dat ie belangrijk is, als de goede dingen maar gebeuren’.

Een van de vragen, die zo op het lijstje is gekomen, is wat de oudst bekende governancecode is.
Gover is al dagen aan het zoeken, maar heeft het antwoord nog niet gevonden. Eerst dacht hij aan Cadbury uit 1992, maar toen ontdekte hij dat ook de VOC al een soort code had (waar ze zich overigens niet aan hielden). Als Nance hem een kopje muntthee brengt zegt ze langs haar neus weg: ‘Wat dacht je van de Tien Geboden?’. Na zijn aanvankelijke bezwaren is Gover daar nu naar op zoek en zijn zus lijkt gelijk te hebben.

De Tien Geboden zijn tamelijk vanzelfsprekende leefregels, die desondanks door God aan Mozes gedicteerd moeten worden en vastgelegd worden in Stenen Tafelen. Toen Mozes de code van God had vastgelegd en met de stenen tafelen bij zijn volk kwam, bleken die het Gouden Kalf te aanbidden. Mozes werd toen zo kwaad dat hij de Stenen Tafelen kapot gooide. Met als gevolg dat hij opnieuw moest beginnen. Niet alleen moest de code opnieuw worden vastgelegd, maar ook moest Mozes God overtuigen het volk niet te straffen. En vooral moest hij zijn volk de aanbidding van het Gouden Kalf weer afleren. Gover leest er rustig Exodus 20 tot 40 nog eens op na. Nance heeft gelijk, de Tien Geboden zijn de eerste governancecode. Een mooie vraag voor ‘Governance Twee voor Twaalf’.

Gover ziet veel parallellen met de huidige tijd. Een governancecode is helemaal niet iets wat het volk (of de sector) wil en waar vrijwillig aan begonnen wordt. Een code komt er als er iets niet goed gaat en iemand van buiten het systeem vindt dat er ingegrepen moet worden. Die besluit dan dat datgene wat vanzelfsprekend hoort te zijn, moet worden vastgelegd.  God deed dat in Exodus, nu proberen overheden die rol te vervullen. Het verhaal van het Gouden Kalf laat ook zien dat het volk niet op die code zit te wachten, maar zodra de leider zich omdraait, materiële afgoden gaat beminnen. De bankiers in 2010 gedragen zich niet anders dan het Volk Israëls in het Oude Testament. Terwijl de regels nog in de maak zijn, gaan zij het goud al aanbidden. Toen het Gouden Kalf, nu bonussen voor bankiers. Er is wel een verschil: het volk van Mozes leverde zelf het goud voor het Gouden Kalf, de bankiers krijgen hun bonus op kosten van de staat en de bankklanten. Gover vraagt zich af of een tweede governancecode hier hetzelfde effect zal hebben als toen de tweede Stenen Tafelen en wie de rol van de straffende God voor de bankiers op zich kan nemen.

Een ding blijft volgens Gover hetzelfde; de mens is niet automatisch tot het goede geleid en heeft kennelijk voorgeschreven codes en de dreiging van straf nodig om zich te gedragen. In het dagelijks leven valt dat nog wel mee, maar in het zakenleven is het -volgens Gover-  sinds het Oude Testament niet echt verbeterd.
Hij neemt een slok van zijn -inmiddels koude- muntthee en concludeert tevreden dat hij in ieder geval een mooie vraag heeft voor ‘Governance Twee voor Twaalf’.

Laat een reactie achter