Franciscus als fundamentalist?
Datum: 17-06-2008
Franciscus als fundamentalist?
Ik ben op vakantie in Umbrië op 10 kilometer afstand van Assisi. We kijken uit op de Santa Maria degli Angeli, een van de heilige plaatsen waar San Francesco di Assisi heeft geleefd. De Santa Maria degli Angeli is een bijzondere kerk, omdat binnen de grote gotische basiliek een heel klein Romaans kapelletje staat, Portinuncula geheten. Maar daar wil ik het niet over hebben.
In het hart van Umbrië wordt je op alle mogelijke manieren geconfronteerd met San Francesco en Santa Chiara. Francesco was de tweede zoon van een rijke lakenhandelaar, die op zijn zeventiende alle rijkdom achter zich liet en in armoede ging leven. Hij stichtte de orde van de minderbroeders, nu Franciscanen genaamd (en nog twee andere ordes). Chiara was een dochter van een rijke adelijke familie, die Francesco volgde in de armoede en haar eigen orde van de Clarissen stichtte. Ik lees nu het boek ‘Umbrië in de voetsporen van Franciscus’ van Gerard Pieter Freeman (Domenicus, 2003). Bij mijn vorige bezoek aan Umbrië las ik ‘Een man uit het dal van Spoleto’ van Heleen Nolthenius (Querido, 1995). Uit deze boeken komt de persoon van Francesco en zijn rol in het middeleeuwse midden Italië goed naar voren.
Uitkijkend op het Umbrische landschap (ofwel Franciscanië, volgens Freeman) vraag ik me af hoe Francesco in de eenentwintigste eeuw gewaardeerd zou zijn. In zijn tijd zette hij zich af tegen de rijkdom en de decadentie van de kerk en van de gegoede burgerij. Hij brak openlijk met zijn vader en verloochende hem om God als zijn vader te erkennen. Hij was fanatiek in zijn geloof in God en Christus en extreem in de wijze, waarop hij armoede preekte. Hij verwierp extreem de wereld waaruit hij was voortgekomen. Hij kreeg veel aanhangers, die hem onvoorwaardelijk volgden. Er werd angstvallig voor gezorgd dat de broederschap van en voor het volk was en niet te intellectueel werd.
Nu zouden we Francesco een fundamentalist noemen. Of hem zien als de leider van een gevaarlijke sekte. Zijn levensloop vertoont overeenkomsten met Osama bin Laden, al was Francesco tegen geweld. Hij zou nu voortdurend gevolgd worden door de AIVD of de CIA. Er zouden deprogrammeurs zijn om volgelingen uit zijn broederschap te ‘bevrijden’. Francesco was geweldloos en een fel tegenstander van gebruik van geweld. Dat eiste hij ook van volgelingen. Toch zou hij waarschijnlijk in 2008 op de lijst van mogelijke terroristen staan of zelf gevangen zitten in Guatanamo Bay. Zo bang zijn we geworden van alles wat afwijkt van ons eigen patroon.
De toenmalige gezaghebber, paus Innocentius III, deed dat slimmer. Hij had contact met Francesco en verleende hem toestemming om een kloosterorde te stichten. Daarmee hield hij de fanaticus niet alleen binnen het systeem, maar gebruikte deze voor verandering van het systeem. Kunnen we daaruit iets leren voor de omgang met fundamentele gelovigen, die de puurheid van hun geloof voorstaan en vinden dat ze het gelijk aan hun kant hebben?