Fuseren is niet nodig! Zorgcoöperatie Nederland is het gezonde alternatief

Datum: 28-04-2008

Fuseren is niet nodig! Zorgcoöperatie Nederland is het gezonde alternatief

Op 10 april voerde de Tweede Kamer een spoeddebat over de fusie van de Eveangroep, Woonzorg Nederland en Philadelphia tot Espria. De NMa heeft deze fusie na negen maanden onderzoek goedgekeurd. De NZa heeft een negatief advies gegeven. De Kamer wil dat de fusie wordt tegengehouden. De enige mogelijkheid is nog dat minister Vogelaar de statutenwijziging van Woonzorg Nederland niet goedkeurt, omdat de gewijzigde positie van deze woningcorporatie schade zou berokkenen aan het Volkshuisvestingsbeleid. Dat lijkt me nogal vergezocht, maar dat is misschien onderwerp voor een andere blog. Nu wil ik het over iets anders hebben.

Zorgorganisaties moeten ‘opschalen’  om efficiënt te kunnen werken, in te spelen op de markt en voortdurend te innoveren. Dat willen ze graag doen met behoud van kleinschalige, lokaal en regionaal ingebedde zorg, die voor de cliënten goed bereikbaar is. Dan is een megafusie zoals Espria niet de enige weg en zeker niet de beste weg. Met Zorgcoöperatie Nederland hebben we een andere weg gekozen, die naar ons idee meer resultaten oplevert en de nadelen van fusie omzeilt.

Hans Blankert, president-commissaris en ikzelf als voorzitter van de raad van bestuur a.i. van Zorgcoöperatie Nederland hebben daarom vorige week een brief naar de bewindslieden en de Kamerleden gezonden om hen op dit ‘gezonde alternatief’ attent te maken.  In de brief wijzen we erop dat de coöperatie een goed alternatief is, dat tot nu toe te weinig aandacht krijgt.

Verder schrijven we onder andere:
‘De combinatie van kleinschalig georganiseerde zorg – op menselijke maat – met aanzienlijke  efficiency voordelen van een groter verband, is een van de belangrijkste gronden geweest voor de oprichting van Zorgcoöperatie Nederland. De structuur van de  coöperatieve vereniging zorgt er voor dat lokale instellingen primair verantwoordelijk blijven voor de individuele zorgverlening in het eigen verzorgingsgebied onder de eigen naam met de eigen regionale en lokale binding, maar dat tegelijkertijd grote schaalvoordelen gehaald worden met de niet-zorgtaken van de instellingen. Hierbij valt te denken aan het beheer van vastgoed, inkoop, verzekeringen en bankieren.
De coöperatieve structuur heeft in andere bedrijfstakken in onze samenleving zijn voordelen reeds bewezen. Met name daar waar essentiële lokale binding succesvol gekoppeld wordt  aan efficiencyvoordelen die schaalgrootte met zich meebrengt.’

We hebben de brief uiteraard ook naar de landelijke dagbladen gestuurd. Ik ben benieuwd wat de reacties na de meivakantie en het Kamerreces zullen zijn.