Competenties van organisatieadviseurs

Datum: 25-06-2007

Competenties van organisatieadviseurs

Management en consulting nummer 3, 2007, pagina 8. Ik moest er even op gewezen worden maar het staat er echt: ‘Elsbeth Reitsma en Léon de Caluwé hebben een boek geschreven over de competenties van adviseurs. We hebben er in ons vak maar liefst 56 nodig, maar geen schrik, dat geldt niet in alle gevallen’. Gelukkig heeft de auteur (getekend MP) dat laatste toegevoegd. Een verhaal is snel de wereld in geholpen. Hoe zit het in elkaar?

Competenties 

Léon en ik hebben inderdaad een boek over dit thema geschreven. Dat boek is gebaseerd op ons onderzoek naar competenties van organisatieadviseurs. We zien een competentie als iets waar iemand goed in is. Het is onze ambitie om een bijdrage te leveren aan de professionalisering en onderbouwing van het organisatieadvieswerk. Dan is het handig een taal (taxonomie) tot je beschikking te hebben, waarin tot uitdrukking komt waar je in zijn algemeenheid allemaal goed in kunt zijn. Vervolgens kan je bepalen welke competenties er in het advieswerk meer toe doen en welke minder.

In het onderzoek hebben we uit de voorhanden zijnde literatuur een set van 56 competenties samengesteld. Uit het onderzoek onder 40 zeer ervaren adviseurs blijkt dat 38 competenties er in het organisatieadvieswerk toe doen. Maar niet alle 38 voor alle adviseurs. Dat hangt af van het profiel van de adviseur. Voor alle adviseurs zijn 17 van 38 competenties van belang. Dat noemen we de basiscompetenties. Dus: van de 56 competenties die in de taxonomie staan beschreven, zijn 17 competenties voor alle adviseurs van belang (basiscompetenties) en zijn 21 competenties profielspecifiek. Dat profiel heeft te maken met het type interventie(s) dat je als adviseur frequent uitvoert en hangt ervan af of je meer expertmatig of procesmatig adviseert.

De 17 basiscompetenties komen uit 6 hoofdcategorieën. Hier staan ze opgesomd:

  • Veerkracht tonen: flexibel
  • Analyseren: analytisch, conceptueel denken, lerende oriëntatie en creatief
  • Beschouwen: oordeelsvorming, omgevingsbewustzijn en visie ontwikkelen
  • Faciliteren: luisteren en sensitiviteit
  • Beïnvloeden: communiceren, optreden en overtuigingskracht
  • Vertrouwen wekken: integriteit, betrouwbaarheid, loyaliteit en gunstige sfeer creëren

De competentielijst hebben we samen met een interventielijst en een aanpakschaal tot een ‘zelftest’ omgebouwd. Met deze test kunnen adviseurs zichzelf ‘de maat nemen’. Of anders uitgedrukt: reflecteren op hun eigen handelen en dat van hun collega’s.Het aardige is dat we weten dat diverse bureaus en adviseurs met de zelftest aan de slag zijn gegaan en bijvoorbeeld bij bureauevaluaties gebruiken.

Ik kan me voorstellen dat een aantal collega’s (wellicht ook auteur MP) ‘pukkeltjes’ krijgt van de lengte van de competentielijst. Ik krijg dat er zelf ook van. Toch kon ik een collega van een ander bureau geen ongelijk geven. Want na het eerst individueel doornemen van lijst en daarna het bespreken van de resultaten met een collega, kwam hij tot de conclusie: ‘ik heb een aantal inzichten door de bespreking van de competentielijst gekregen doordat hij zo precies is’. En daar is het om bedoeld!

PS. Het boek waar het om gaat is: Competenties van organisatieadviseurs, Léon de Caluwé en Elsbeth Reitsma, Mediawerf, 2006, Amsterdam.

Laat een reactie achter