Datum: 19-09-2022

Controle over het eigen werk en verpleegkundig leiderschap

Er is bij verpleegkundigen / zorgprofessionals behoefte aan zeggenschap: controle over het eigen werk. Is dat zo? En zo ja, wat zou het inhouden en vergen? Deze vragen lagen voor tijdens de C3 jubileumbijeenkomst op 8 september jl. Het thema ‘verpleegkundig leiderschap’ was één van de drie thema’s die we uitdiepten. Via een brainstorm en associatie mondde de dialoog uit in aanbevelingen. Kijkend naar uitkomsten van de IZZ monitor ‘Gezond werken in de zorg 2022’ is verpleegkundig leiderschap een actueel thema. Hoe verhouden de uitkomsten van de monitor over gezond werken zich tot de aanbevelingen op 8 september over verpleegkundig leiderschap?

 

Monitor zegt: aandacht voor zeggenschap bevordert gezondheid
Van de ruim 5700 zorgmedewerkers die aan het IZZ onderzoek meededen, een kleine helft daarvan is verpleegkundige en verzorgende, zegt 1 op de 6 zorgmedewerkers emotioneel uitgeput te zijn en 1 op de 5 lichamelijk uitgeput. Veertig procent van de zorgmedewerkers zou de zorg willen verlaten. Geen rooskleurige situatie. Er zijn meerdere oorzaken maar de onderzoekers leggen een sterke relatie met ‘leiderschap’. Hun conclusie: leiderschap waarbij aandacht is voor zeggenschap en verantwoordelijkheid van de medewerker, werkt positief uit op de gezondheid van zorgmedewerkers.
Hiermee lijkt de IZZ monitor de behoefte van de verpleegkundige aan zeggenschap (de stelling tijdens de jubileumbijeenkomst) te bevestigen. Alleen: leiderschap is in de IZZ monitor iets van leidinggevenden en zeggenschap is iets van verzorgenden en verpleegkundigen.

 

Waar begint zeggenschap
Wij hadden het op 8 september over verpleegkundig leiderschap, over zeggenschap en over controle over het werk van alle zorgprofessionals. Als we specifiek inzoomden op verpleegkundigen en verzorgenden dan kwamen we op een aantal constateringen en aanbevelingen:

  • Verpleegkundigen en verzorgenden doen hun werk ‘vanuit het team’: het team staat centraal; met het team is de identificatie.
  • In dat team zitten denkers en doeners – ieder heeft z’n kracht.
  • Op werkniveau is er het belang om soepel met elkaar in dat team te werken: met elkaar beslissingen kunnen nemen; elkaars kracht kennen en die met elkaar bewust inzetten; zeggen wat je denkt en wilt; eigenaarschap voor waar je binnen het team goed in bent.
  • Wat betekent dat voor leidinggevenden? Die hebben de identificatie van verpleegkundigen en verzorgenden met het team te respecteren en het team vertrouwen te geven. Leidinggevenden coachen en corrigeren (zo nodig) als zich moeilijke dingen voordoen of als het team instabiel is.
  • Op organisatieniveau en de besturing vraagt het om oog te hebben voor die identificatie met het team. Als bestuurders oprecht menen dat ze die identificatie ondersteunen, dan dat ook in het beleid tot uitdrukking laten komen.
  • Van het onderwijs vergt voorgaande een stimulans geven aan bewustwording: ‘uit de Pavlov’ (dat is de reactie om zich terugtrekken als de ander een dominante uitstraling heeft); vertrouwen op de eigen mening (een stap vooruit doen); de eigen professionaliteit serieus nemen en je uitspreken.
  • Qua randvoorwaarden zijn er zaken voor het collectief nodig: landelijk organiseren; aantonen dat je de goede dingen doet en dat goed doet; bij de minister aan tafel zitten.

 

Controle over eigen werk leidt tot leiderschap
Is het hiervoor genoemde verpleegkundig leiderschap? Het is in ieder geval de manier waarop verpleegkundigen en verzorgenden zelf controle over hun werk hebben want het sluit aan bij hun habitus.
De IZZ Monitor meldt dat leidinggevenden volgens medewerkers het beste scoren op het uiten van vertrouwen in de medewerker en het slechtst op het stimuleren van participatie van medewerkers.
Het eerste is hoopvol. Het tweede is een belemmering voor goed teamfunctioneren omdat de zeggenschap bij medewerkers en (nog belangrijker in het geval van verpleegkundigen en verzorgenden) bij het team lijkt te zijn weggehaald. Ze mogen ‘slechts’ participeren en moeten daartoe zelfs worden gestimuleerd, want anders doen ze het blijkbaar niet.

 

Op 8 september was de boodschap: geef het team het primaat als je controle over het eigen werk bij verpleegkundigen en verzorgenden serieus neemt. Verpleegkundig en verzorgend leiderschap wordt dan meer een uitvloeisel en effect van ‘het goede team’ omdat iedere verpleegkundige en verzorgende naar eigen kwaliteiten en kracht, invloed uitoefent op de zorg van de patiënt en cliënt en/of de strategische richting van de zorgorganisatie en/of daarbuiten (denk aan de minister).

Laat een reactie achter