Deugnieten
Datum: 02-06-2014
Deugnieten
Als je een rode Fiat koopt, lijkt het wel of je ineens iedereen in een rode Fiat ziet rijden.
Dat gevoel heb ik ook een beetje na publicatie van mijn artikel ‘Governance als remedie tegen de zeven hoofdzonden’ in het FD van 22 mei. Eveline vraagt zich in haar blog af of we op de zonden moeten letten of de deugden bevorderen. Sheila Sitalsing schrijft vanmorgen over het menselijk tekort in de Volkskrant naar aanleiding van het wangedrag van een aantal bestuurders van woningcorporaties. Het FD schreef op pagina 2 en 3 van de krant van zaterdag 31 mei over ‘Fatsoen in de boardroom’ met een paar aansprekende voorbeelden.
Vooral het verhaal van Jan Hommen bij ING geeft de problematiek duidelijk weer. Hommen wilde absoluut geen bonus, maar de RvC onder leiding van Jeroen van der Veer (bij Shell gewend aan forse bonussen) had het besluit al genomen en afgestemd met minister Wouter Bos van Financiën. Ze konden dus niet meer zonder gezichtsverlies terug en oefenden druk op Hommen uit. Hommen zwichtte uiteindelijk en kwam als graaier in de krant. Toen waren de commissarissen niet thuis en steunden hem niet. Bij Moberg van Ahold speelde indertijd precies hetzelfde. Het geeft wel weer hoe complex het probleem is. De hoogmoed van de commissarissen van ING leidde ertoe dat Hommen als hebzuchtig te boek kwam te staan.
Het artikel in het FD heeft als kop ‘Fatsoen in de boardroom moet worden bevochten’. Dat geeft dus aan dat fatsoen daar niet vanzelfsprekend is. Een mooi voorbeeld daarvan gaf Joost Steins Bisschop in zijn column in het FD van 24 mei. Jurgen van Breukelen, de afgetreden topman van KPMG, had over de omstreden vastgoeddeal in Laren gezegd dat met de kennis van nu KPMG die deal beter niet had kunnen sluiten, maar ‘het paste binnen de regels’. Steins Bisschops vindt dat in en in ziek: ‘Bij Jurgen-types is de vlam van het morele besef vlak na de geboorte gedoofd met een porseleinen kaarsendomper en daarna keken ze alleen nog maar naar de regels’.
Volgens Steins Bisschops gold dat KPMG ook met de kennis van toen de deal niet had behoren te sluiten en zal het ook gelden met de kennis van straks. Dat ben ik met hem eens. Tenminste is hier de hoofdzonde ‘gemakzucht’ aan de orde. Het past binnen de regels, dus hoeven we niet na te denken. Maar ook hebzucht (een mooie deal, waar iedereen rijker van werd) en hoogmoed (wij kunnen zoiets doen) spelen een rol.
Sheila Sitalsing schrijft over de zelfoverschatting/hoogmoed van Erik Staal, de hebzucht van diens treasurer en van de bestuurders van Rochdale, de domheid en hoogmoed van de bestuurders van Woonbron, die de SS Rotterdam kochten en de luiheid en de gemakzucht van de commissarissen, die dingen goedkeurden, die ze niet begrepen.
Al die voorbeelden roepen wel de vraag op hoe zo veel deugnieten (letterlijk: zij die niet deugen, zich niet aan de deugden houden, maar de zonden begaan) in de top van alle soorten organisaties kunnen komen. Worden deugnieten te veel bewonderd en deugdzamen als saai gezien? Of zijn de deugdzamen niet ambitieus genoeg om in de top te komen en daar het fatsoen te bevechten?
De geschiedenis leert dat de deugdzamen (overigens vaak bekeerde zondaren) zich meestal van de maatschappij afkeren en hun deugdzaamheid in eenzaamheid belijden.
Dat biedt weinig hoop op het bevechten van de deugdzaamheid in de boardroom.
(Overigens heb ik geen rode Fiat.)