Heeft u dat nou ook wel eens?

Datum:22-04-2009

Heeft u dat nou ook wel eens?

‘Heeft u dat ook wel eens?’ is een gevleugelde uitdrukking van dominee Gremdaat (Paul Haenen). Die vraag geldt ook voor het volgende probleem.
U bent ergens manager of bestuurder en u bent bezig met een ingewikkeld veranderproces. Er zullen nogal wat mensen van functie veranderen of moeten vertrekken. Maar er zijn er een paar waar u uw hoop op heeft gevestigd. Daar kunt u mee lezen en schrijven. En die ziet u op sleutelposities in de nieuwe organisatie. Vooral één persoon, laten we haar S. noemen (maar hij mag ook P. heten) ziet u als uw steun en toeverlaat. Die kunt u niet missen.

Op een moment waarop het helemaal niet uitkomt (u heeft een zwaar gesprek met de raad van toezicht in het vooruitzicht, u heeft net met de bonden onderhandeld, uw partner heeft geëist dat u vanavond nu eindelijk eens op tijd thuis bent) vraagt S. of ze u even een minuutje kan spreken. Natuurlijk kan dat, voor S. kan het altijd. Volkomen onverwacht zegt S. dat ze een andere baan op het oog heeft. Het is nog niet helemaal rond, maar ze wil geen geheimen hebben en vertelt het u nu vast. En ze vertelt van de baan, de procedure, de uitdaging die erin zit en anderzijds het schaamtegevoel dat ze weggaat, terwijl er nog zo veel moois hier te doen is en ze u niet in de steek wil laten.

U raakt in paniek. Juist S!, die kan ik helemaal niet missen. U blijft uiterlijk kalm en begrijpend en spreekt over de geweldige uitdaging die S. aangaat. Uw hersens werken koortsachtig aan een oplossing. En dan maakt u een fout, waar u spijt van zult krijgen. U vraagt tussen neus en lippen of de deal al rond is. S., slim als ze is zegt ‘bijna, maar ik wilde het eerst met jou bespreken’. En dan vraag je ‘Ik zou het heel jammer vinden als je weggaat, we kunnen je niet missen. Kan ik iets doen om je beslissing te beïnvloeden en te zorgen dat je blijft?. U zult nooit weten of S. daarop gerekend had of dat ze stomverbaasd is. Laten we uitgaan van het laatste. S. zit dan in een moreel dilemma. Ze is nog niet zeker van haar vertrek. Ze wil u niet in de steek laten en ze ziet ook hier wel uitdagingen. Bovendien gooit ze haar leven op zijn kop met een nieuwe baan. Dus S. aarzelt en zegt ‘misschien’. Dan bent u beiden verloren.

U gaat gesprekken aan over het blijven van S. Daar moet natuurlijk iets tegenover staan. Dus S. krijgt meer salaris of promotie of nu al de baan, die ze anders pas na de reorganisatie zou krijgen.
U bent beiden opgelucht. Het is een mooie deal, u kunt verder samenwerken en het is uit te leggen aan de organisatie.

Vanaf dat moment zal het nooit meer zijn zoals het was. U bent ongewild beiden chantabel geworden. Bewust of onbewust zal S. verwachten dat u haar bij een volgende vertrekpoging weer tegemoet zult komen. U hebt haar gevraagd te blijven, dus ze is onkwetsbaar. De deal lekt ongetwijfeld uit, dus ze wordt gezien als uw lieveling. Als S. geen workaholic is of een hoge arbeidsethos heeft (of beide) zal ze minder haar best doen dan daarvoor. U hebt haar gevraagd te blijven, dus u kunt niet overdreven kritisch zijn en geen hoge eisen aan S. durven stellen. U bent kwetsbaar voor beïnvloeding, want een andere medewerker kan hetzelfde spel bewust spelen, dat S. onbewust gespeeld heeft (ze was echt van plan weg te gaan en heeft het gevoel dat u zware druk op haar heeft uitgeoefend om te blijven). U bent dus beiden chantabel geworden, u houdt elkaar gegijzeld.

Meestal gaat dat niet goed. Er ontstaan wrijvingen tussen S. en u. Er komen onderlinge verwijten. Anderen bemoeien zich ermee. Uw raad van toezicht of uw leidinggevende vraagt, waarom u S. niet in de hand heeft. En anderhalf jaar later treft u S. voor de kantonrechter, waar de arbeidsovereenkomst tegen veel geld ontbonden wordt wegens een arbeidsconflict.

Volgens mij maakt iedere leidinggevende tenminste eenmaal in zijn of haar carrière deze klassieke fout. Sommigen leren ervan en doen het nooit weer, anderen blijven mensen op deze wijze vasthouden. Maar het werkt nooit.

Als een medewerker zich bij u meldt met bericht over een andere baan, wens hem of haar dan veel succes. Maar probeer nooit hem of haar te behouden. Als iemand bijna een nieuwe baan heeft is de teerling geworpen. Zijn/haar oriëntatie is elders en niet meer bij u of uw organisatie. Dus zeg hoe jammer je het vindt, omhels hem of haar desnoods met tranen in de ogen, maar laat hem/haar vooral gaan. En regel het zo snel mogelijk. Weg is weg, dan liever morgen dan over drie maanden. Niemand is onmisbaar (en niemand moet denken onmisbaar te zijn).

Heeft u dat nou ook weleens (gehad?)

Laat een reactie achter