Het populaire managementboek ontleed

Afgelopen vrijdag was Harm Klifman op onze vrijdagochtendbijeenkomst. Harm is heel goed ingewijd in de leer van de welsprekendheid en van het overtuigen (retorica) en in filosofie-in-brede-zin. Voor ons als C3-ers is zijn zienswijze en deskundigheid boeiend en leerzaam.

Het onderwerp van gesprek was de retorica in populaire managementboeken. Harm vertelde dat in de periode 1980 – 1985 het fenomeen managementboeken opkwam. Managementtaal is sindsdien breed ingevoerd. Het managementjargon neemt steeds meer bezit van de werkvloer. Harm heeft ons meegenomen in hoe sedertdien de taal in organisaties definitief veranderde en met name hoe het ‘populaire managementboek’ (zoals: ‘Onze ijsberg smelt!’ of ‘Wie heeft mijn kaas gepikt?’) daaraan bijdraagt.

Door met de bril van de retorica naar de populaire managementboeken te kijken, valt Harm een aantal zaken op. Bijvoorbeeld: dat ze niet gericht zijn op het bewijzen van onomstreden, gefundeerde waarheid maar op het overtuigen van waarschijnlijkheid of mogelijkheid. Dat ze niet alleen een àppel doen op de ratio maar ook op emoties, drijfveren en empathie van de lezer. Harm onthult welke ‘retorische trucs’ worden toegepast en hoe we daar doorheen kunnen kijken. Zijn op stapel staande boek gaat daar uitgebreid op in.

Hoe Harm Klifman zelf terugkijkt op de bijeenkomst is te lezen in zijn blog:

https://harmklifman.nl/2019/06/30/leren-van-presenteren/