Hulp na beroerte: te traag georganiseerd
Datum: 29-08-2009
Hulp na beroerte: te traag georganiseerd
Het AD kopt op vrijdag 28 augustus prominent op de voorpagina: ‘Hulp na beroerte te traag’. De AD Ziekenhuis Top 100 verschijnt en als voorloper daarvan heeft het AD nieuwswaarde gezien in de behandeling van de beroerte in de acute fase. Uitgerekend een beroerte waarbij het beroerd gaat, denk ik dan. Terwijl klip en klaar in de Richtlijn Beroerte staat wat er aan diagnostiek en behandeling nodig is. Waar ligt het dan aan dat dit AD-lijstje laat zien, dat 13 ziekenhuizen minder dan 40% van hun patiënten binnen een uur een trombolyse geeft, om het stolsel in de hersenen op te lossen?
Met een ziekenhuis dat onderaan het AD-lijstje bungelt, heb ik zelf ervaren hoe op de Spoed Eisende Hulp te werk wordt gegaan. Na 3 uur op de behandelbank gebivakkeerd te hebben, werd duidelijk hoe het diagnose- en behandelbeleid verder zou worden ingezet. Na vijf uur op de behandelbank was een plek op een afdeling geregeld. Ook de dokter en de verpleegkundige geneerden zich. En de oorzaak van dit alles? Coördinatieproblemen!
Gelukkig is er bij bovengenoemde ervaring geen sprake van een beroerte. Toch blijkt de ervaring illustratief te zijn voor dit ziekenhuis, gezien de positie op de ranglijst van het AD. Mijn observatie is dat het grootste probleem zit in het feit dat dokters(-in-opleiding) elkaar niet kunnen bereiken. Er kunnen geen beslissingen worden genomen. En zo schrijdt de tijd voort.
Juist bij een beroerte komt het op snelheid in handelen aan: ieder moet weten wat hij moet doen. Een ingeoefend scenario ligt hieraan ten grondslag. Te beginnen bij huisartsen en een geïnstrueerde ambulancedienst. Gevolgd door een geolied lopende Spoed Eisende Hulp. Het kan wel, laat het AD-lijstje zien. In 14 ziekenhuizen krijgt een patiënt met een beroerte binnen een uur een trombolyse.