Mantelzorg
Datum: 08-09-2012
Mantelzorg
Afgelopen vrijdag heb ik tijdens de wekelijkse bijeenkomst van C3 een presentatie gegeven over mantelzorg en mantelzorgondersteuning. Ik vertelde daar dat er in Nederland 2,6 miljoen mantelzorgers zijn. 1,1 miljoen mensen zorgen zelfs meer dan 8 uur per week en langer dan drie maanden voor een naaste. 450.000 mantelzorgers voelen zich overbelast.
Mijn collega’s bij C3 waren zeer verbaasd over deze aantallen. Zij hadden nooit gedacht dat er zoveel mantelzorgers zouden zijn en vroegen zich af waarom er dan zo op gehamerd wordt dat mensen langer en meer voor elkaar moeten zorgen. Mijn collega’s bij C3 weten heel veel van de zorg. Zij volgen de ontwikkelingen in de zorg nauwlettend en leveren daar ook hun bijdrage aan. Het is dus opvallend dat zelfs zij zo weinig over mantelzorg weten.
Naar mijn idee is dit niet uitzonderlijk. In Nederland zorgland gaat het vrijwel nooit over mantelzorgers en over de bijdrage, die mantelzorgers leveren. Er is weinig kennis over mantelzorgers en de specifieke problemen waar zij mee worstelen. Tegelijkertijd is het beleid dat mensen langer en vaker voor hun naasten moeten zorgen. Het aantal mantelzorgers en de belasting per mantelzorger zal dus toenemen. Laatst haalde een instelling het nieuws, omdat zij de inzet van familie zelfs verplicht gaan stellen.
Zorginstellingen zouden meer oog moeten hebben voor mantelzorgers. Niet alleen omdat zij de professionele zorg kunnen ontlasten. Maar ook omdat het goed is voor de cliënt en voor de instelling dat de mantelzorger op de been blijft en het volhoudt. Ik denk zelfs dat zorginstellingen zich hiermee kunnen onderscheiden. Dat cliënten voor een zorginstelling kiezen, die zich niet alleen verantwoordelijk voelt voor de cliënt, maar ook voor het welzijn van diens omgeving. Dit vraagt om een fundamenteel andere kijk op en aanpak van de zorg. Het is dan niet meer “zorgen met de mantelzorger”, maar “zorgen met en voor de mantelzorger”.