Vormgeven aan de behandelfunctie

Datum: 10-05-2013

Vormgeven aan de behandelfunctie

Hoe moeten we de behandelfunctie vormgeven? Dat is een vraag die regelmatig voorbij komt in onze adviespraktijk. Om die reden hebben we daar nu 15 workshops over gegeven met in het totaal ongeveer 160 deelnemers uit (overwegend) de ouderenzorg en de gehandicaptenzorg.

De overheidsplannen voor de langdurige zorg.
De AWBZ wordt fors kleiner. Alleen de zware zorg blijft in de AWBZ. Daar hoort altijd een vorm van behandeling bij. De voorliggende zorg gaat naar de gemeente en naar de zorgverzekering. De regie van de gemeente is erop gericht dat mensen zo lang mogelijk deelnemen aan de maatschappij, zoveel mogelijk onder eigen verantwoordelijkheid. De zorg die naar de zorgverzekering gaat, zal gericht zijn op het opheffen van een gebrek. Er wordt cure geboden. De grenzen van de pakketten worden ingegeven door de premiehoogte.

Organisaties in de care kiezen uit twee basisstrategieën of uit een mix daarvan. De ene strategie is terugtrekken op de kern, de zware zorg. Het andere is aansluiten bij de maatschappelijke zorg, zoals WMO en de zorgverzekering. Een combinatie van beide leidt tot een mix.

Wat betekent dit voor de behandelfunctie?
Functioneert het behandelcentrum als een zelfstandig bedrijf dat diensten levert aan andere organisaties of is het behandelcentrum de organisatorische eenheid vanwaaruit professionals binnen die organisatie georganiseerd zijn.
Het eerste komt nog niet zoveel voor. Er zijn nog weinig (echt) zelfstandige behandelcentra in de care die dienstverlening verzorgen aan meerdere organisaties.
Het tweede komt wel veel voor. Er zijn veel organisaties in de VVT en in de VG waar de behandelaren georganiseerd zijn in een organisatorische eenheid die vaak behandelcentrum genoemd wordt. In dat geval volgt het behandelcentrum idealiter de strategie van de organisatie. Dat lijkt wel logisch, maar dat is vaak niet wat er gebeurt. Behandelcentra profileren zich vaak als een apart bedrijf binnen de organisatie, wat tot problemen kan leiden.
Het spreekt bijna voor zichzelf dat een behandelcentrum moeilijker aan te sturen is naarmate de strategie van de organisatie gedifferentieerder is. Een gedifferentieerd profiel naar markten en doelgroepen levert spanning op voor de interne organisatie van het behandelcentrum. Die spanning is het grootste bij een klein behandelcentrum en kan minder worden bij een groter behandelcentrum. Bij een gedifferentieerde strategie is het nodig om te kijken op welke wijze het behandelcentrum vorm kan geven aan deze strategie.

Dit proces begint met een analyse.
Hierbij worden de volgende vragen gesteld.
– Op welke doelgroepen richt de organisatie zich?
– Op welke wijze wil men dit vertalen naar zorgprocessen?
– Is elk zorgproces voorzien van een (rendabele) business case?
– Op welke wijze wordt behandeling per zorgproces georganiseerd?
– Wat betekent dit voor de organisatie van het behandelcentrum?
Dit zijn belangrijke vragen waarvan de antwoorden consequenties hebben voor de inrichting en de organisatie van het behandelcentrum of mogelijk zelfs tot het opheffen op splitsen ervan.

 

Laat een reactie achter