Veranderen is lastig: Brandweer Amsterdam en KCO

Datum: 06-08-2018

Veranderen is lastig: Brandweer Amsterdam en KCO

Afgelopen vrijdag tijdens de C3 ontmoeting nam Elsbeth Reitsma ons mee in de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van de veranderkunde. Zij deed dat onder andere aan de hand van een artikel van Stouten et.[1] al. in het Academy for Management Journal en het laatste boek van Jaap Boonstra [2].

Elsbeth heeft enorme kennis en ervaring in de veranderkunde en is gepromoveerd op het professioneel handelen van adviseurs. Dus is de presentatie bij C3 gedegen voorbereid en van wetenschappelijke onderbouwing voorzien, die ook vertaald is in praktische handvatten. Dergelijke collegiale uitwisselingen zijn zeer waardevol. Ze geven nieuwe inzichten, doorzichten en ‘uitzichten’, andere kijkrichtingen naar vraagstukken. Dat is een van de redenen, waarom ik in C3 werk en niet alleen.

Stouten et al. hebben de verschillende theorieën over veranderen op een rij gezet en onderzocht in welke mate die wetenschappelijk onderbouwd zijn. Dat valt soms tegen. Maar er is wel een soort 10 stappenplan voor verandering uit te halen. Ik laat het graag aan Elsbeth over om daar verder over uit te weiden.

Met die nieuwe inzichten in het hoofd las ik in de NRC van zaterdag 4 augustus jl. twee artikelen die over de taaiheid van veranderen gaan. Het eerste artikel gaat over de Amsterdamse Brandweer en heeft de veelzeggende titel ‘Het is oorlog bij de brandweer [3].

Het tweede artikel gaat over het ontslag van Gatti bij het Koninklijk Concertgebouworkest (KCO); ‘Een wereld van macht en creatieve intimiteit’. Beide artikelen hebben gemeen dat ze over cultuurelementen gaan, die diep verankerd zitten in de organisatie.

Bij het KCO en ieder ander symfonieorkest is dat de stringente hiërarchie, die nog uit de negentiende eeuw stamt en is ontstaan toen werken van Mahler, Wagner en anderen een orkest van 120 man vroeg. Zolang werken van deze componisten gespeeld blijven worden zal die hiërarchie waarschijnlijk wel blijven bestaan. Volgens het artikel is de kwaliteit van de dirigent bepalend voor de kwaliteit van het orkest, wat de hiërarchie en de machtsafstand bevordert. Dat hangt volgens mij ook van het karakter van de dirigent af, want Yannick Nézet-Séquin deed het bij het Rotterdams Philharmonisch orkest heel anders. In het artikel wordt voor de cultuurverandering bij het KCO daarom gehoopt op een jongere en liefst vrouwelijke dirigent. Het is de vraag of dat genoeg is in een klassieke hiërarchische organisatie. Temeer daar het artikel terecht ook aandacht geeft aan de intimiteit en de emotionaliteit, die samenhangt met het gezamenlijk muziek maken.

In het artikel over de Amsterdamse brandweer is interessant dat er drie verschillende veranderstrategieën zijn gevolgd sinds in 2006 vastgesteld werd dat er ernstige problemen zijn en dat er wat moet veranderen. De eerste brandweercommandant na 2006 probeerde het met polderen. De tweede sloot zich aan bij de bestaande cultuur. De huidige commandant probeert het met de harde lijn en met straffen. Tot nu toe is geen van de drie aanpakken geslaagd. Dat is ook lastig omdat er zoveel tegelijk moet. Er zijn verschillende machtsstrijden aan de gang, tussen de OR en de commandant, tussen de manschappen en hun direct leidinggevenden en tussen witte brandweermannen en andere brandweermensen. Er staan grote persoonlijke belangen van medewerkers op het spel, zoals het recht op bijbanen en de vergoeding van diensten. Er moeten meerdere gegroeide contraproductieve werkwijzen op de schop worden genomen. En de loyaliteit en groepscultuur moet veranderen, terwijl die tegelijk deels nodig is om elkaar te steunen in het gevaarlijke beroep. Anderzijds geeft het artikel geen inzicht in de externe druk om te veranderen. Worden de branden in Amsterdam slechter geblust dan in de rest van Nederland? Ik weet het niet. De leiding zal die vraag waarschijnlijk met ja beantwoorden en de manschappen met nee.

Juist in dit soort professionele organisaties met een sterke groepscultuur en een grote afstand tussen de top en de werkers, is veranderen heel lastig. Je kunt niet alles tegelijk doen, maar als je te weinig doet of te veel aansluit bij de bestaande cultuur, dan verandert er niets. De politie en defensie kampen met vergelijkbare problemen en ook in sommige ziekenhuizen of GGZ-instellingen is veranderen nog steeds knap lastig als de professionals niet willen.
Juist daardoor blijft veranderen wat mij betreft een ‘kunst’ en niet alleen ‘kunde’ en zeker geen ‘verandermanagement’. Ik ben benieuwd welke veranderkunstenaars het KCO en de brandweer echt kunnen veranderen.

 

[1] Stouten, Rousseau, De Cremer (2018): Succesful Organizational Change: Integrating the Management Practice and Scholarly Literatures, AMA 2018 Vol 12 No 2 752-788.

[2] Jaap Boonstra (2018) Veranderen als samenspel, een positieve kijk op het veranderen van organisaties, Management Impact, 2018.

[3] Het is opvallend dat de Nieuwe Rotterdamse Courant, inmiddels gevestigd te Amsterdam, het vanzelfsprekend vindt dat met ‘De Brandweer’, de brandweer van Amsterdam wordt bedoeld.

Laat een reactie achter